Als je kleurenblind bent, maak je aardige vergissingen. Wil je bruine bonen eten, blijkt, dat je witte bonen in tomatensaus hebt gekocht. Denk je peper op je filet americain te doen, bestrooi je abusievelijk de pindakaas. Of nootmuskaat op je krentenbolleke terwijl je kaneel bedoelde. Niet eens onaardig trouwens, nootmuskaat op je krentenbrood.
Of leeuwen. Stephen Fry vertelde in QI, dat wij kleurenblinden wel goed kakikleur kunnen onderscheiden. Neem ons mee op safari en wij tonen u de leeuw. Ik kan het niet controleren. Ik heb nog nooit een leeuw gezien zonder bordje erbij: 'Leeuw'. Geef mij maar een zebra.
Ga je met je vliegtuigje op een van de grasbanen van Hilversum landen. 'Je moet díe baan hebben' zegt de instructeur behulpzaam. 'Maar waar is het vliegveld?', vraag ik bezorgd. Na een paar lessen kon je Hilversum Airport aan de vorm wel onderscheiden. Wees niet ongerust: ik heb geen vliegbrevet gehaald. Geen talent en veel te arm.
Bij medische keuringen val ik al snel door de mand: in het kleurentestboekje ben ik na bladzijde 2 wel uitgekeken. Mooie dingen gezien, maar niets wat officiëel voor kleur doorgaat. Maar kijk ik in mijn rode fleecejack over het groene boekje naar buiten, dan zie ik met dit heerlijk weertje boomkleurige bomen en graskleurig gras. Bruin respectievelijk groen, weet je dan uit de poëzie.
2 opmerkingen:
De vraag is, zie ik wat jij ziet, zie jij wat ik zie , zien we wat we moeten zien of zien we wat we denken te moeten zien.NV
Ik zie, ik zie niet, wat jij ziet.
Een reactie posten