De mus is de meest voorkomende vogel, zeggen ze. Niet hier op mijn pleintje. Ik herinner me dit jaar slechts één keer een mus gezien te hebben. Nee, hier is het de kauw. Mit Vorsprung. Dan kraaien, duiven, meeuwen, merels, koolmezen, eenden en eksters, ongeveer in die volgorde. Af & toe parkieten en een specht. Ik heb hier ook wel eens een scholekster gespot. Vraag niet, wat die hier komt doen. Vissen hebben we hier niet, want geen water. In de lucht hangt hier meer dan eens een buizerd (hangvogel) en in dit seizoen komen grote v-vormige vluchten ganzen hoog over. Opvallend genoeg vliegen ze meestal in noordelijke richtingen, zelfs in de winter. Sinds ik hier woon - 25 jaar, dank u - heb ik slechts één keer een portugese brulkanarie mogen treffen.
Zelf houd ik geen beesten. Ze kosten handenvol geld en behoeven meer aandacht, dan ik bereid ben ze te geven. Waarom geen kat dan? Allergisch. Als ik een poes op mijn tillevisie zie, sla ik al dicht. Ik chargeer nu. Ik vind het wel prachtdieren, zowel in verschijning als in gedrag. Hartverscheurend onafhankelijk. Je hoeft ze niet te knuffelen, ze knuffelen zichzelf. Het is maar goed, dat ik ze niet verdraag.
Nee, dan mensen...
Geen opmerkingen:
Een reactie posten